ARTIKEL
22
Beide Verlichtingen gaan over vrijheid, en de immens
grote waarde daarvan. Westerse Verlichting betreft het oog krijgen voor
superioriteit en macht, en de Oosterse betreft het oog krijgen voor dat waar
macht volledig ontbreekt. Dus enerzijds gaat het om vrijheid ten opzichte van
alle machtsuitoefening door anderen, en anderzijds vrijheid in diepere zin,
waarin het persoonlijke verleden zijn bindende kracht verloren heeft en vrede
herkend wordt als eigen natuur. Omdat Oosterse Verlichting duidelijk maakt dat
ware vrijheid en vrede aangeboren zijn, en dus niet verworven kunnen worden,
gaat Oosterse Verlichting, als uitnodiging althans, vooraf aan de Westerse..
Geen opmerkingen:
Een reactie posten